Vikingen uit Scandinavië, de Varangiërs of Varjagen trokken naar het oosten om handel te drijven, om te dienen als huursoldaat of om er zich te vestigen. Volgens de legende vroegen de Oost-Slavische stammen aan de leider van de Varjagen, Rurik, om hun prins te worden en de stammen te verenigen. Hij aanvaardde hun wens en maakte van Novgorod de hoofdstad. Het verenigde volk noemde zichzelf de Roes en zij gaven deze naam aan het land. De Rurikiden zouden 700 jaar lang heersen over het toenmalige Rusland. De opvolger van Rurik, Oleg de Wijze, veroverde Kiev in 882 en stichtte zo het Kievse Rijk.
Een eeuw later zocht Vladimir de Grote toenadering met het Byzantijnse Rijk in het zuiden. Hij nam hun religie over en bekeerde zich tot het Orthodoxe christendom. Hij wordt hiervoor nog steeds vereerd in Oekraïne en Rusland. Een aantal decennia later bracht Jaroslav de Wijze het eerste Russische wetboek (de Russische waarheid) uit en veroverde hij nieuwe gebieden. Zijn regeerperiode markeerde de Gouden Tijd van het Kievse Rijk waarin het uitgroeide tot één van de meest ontwikkelde en machtigste staten in Europa. Na Jaroslav’s dood vochten zijn zonen onder elkaar. Dit leidde tot de desintegratie van het Kievse Rijk in een netwerk van prinsdommen. Op dat moment ontstaat echter een dreiging uit het oosten. Het Mongoolse Rijk onder Genghis Khan had ondertussen het grootste deel van Azië overgenomen. In 1223 vallen de Mongolen via de Kaukasus het Kievse Rijk aan bij de Kalka Rivier.
Slag bij de Kalka rivier (31 mei 1123)
Tijdens de eerste Mongoolse invasie van Rusland trof het Mongoolse leger, geleid door de generaals Jebei en Subedei, de alliantie van Russische prinsen langs de Kalka rivier. De Mongolen behaalden uiteindelijk een overwinning op de Russen.
In 1221 leidden de Mongoolse generaals een leger van 20.000 troepen doorheen Azerbeijan, in Georgië en langs de Kaspische Zee naar Rusland. De overvallers versloegen een alliantie van Turkse stammen afkomstig van de steppen, onder meer Alanen en Kyptsjaken. Vervolgens versloegen ze de Koemanen en de weinigen die wisten te ontsnappen gingen hulp vragen aan de Russische prinsen.
Deze prinsen - met onder meer Mstislav III van Kiev, Mstislav van Galich en Yuri II van Vladimir brachten een leger van ongeveer 30.000 man op de been samen met de overgebleven Cumanen. Zij probeerden de Mongoolse strijdkrachten te omcirkelen bij de oevers van de Djnepr. De Mongolen veinsden een terugtocht naar het oosten, en lieten 1000 man achter onder leiding van Hamabek. Deze achterhoede werd snel afgeslacht door een leger van Mstislav of Galich, dewelke daarna het Mongoolse leger achtervolgde.
Na negen dagen terugtrekken, besloten de Mongolen om Mstislav aan te vallen bij de Kalka Rivier. De Koemanen vluchten en zorgden voor wanorde in de Russische gelederen. Hierdoor kwam er een zwak punt in de verdediging waar de Mongolen dankbaar gebruik van maakten. Uiteindelijk moesten de Russen zich overgeven.
Reactie plaatsen
Reacties