De slag om Verdun (21 februari tot 15 december 1916)
Verdun was een grote en belangrijke stad voor de Fransen. Het had in vele oorlogen als belangrijkste verdedigingslinie zijn dienst bewezen. Ook in de Eerste wereldoorlog (1914-1918) speelde de stad een sleutelrol. Tegen het einde van de oorlog stond er echter geen steen meer op de andere en had de strijd om de stad vele honderdduizenden levens geëist.
Omdat er nog geen tanks en vliegtuigen werden ingezet en de infanteristen niet beweeglijk genoeg opereerden, waren de Duitse legers aan het begin van de oorlog vastgelopen in het oosten van Frankrijk. Om de loopgravenoorlog te doorbreken, besloot de Duitse opperbevelhebber (Erich von Falkenhayn) een nieuwe strategie. Von Falkenhayn wilde de vijand door constante aanvallen uit te lokken op een vaste stelling laten ‘leegbloeden’. Hij zocht daarom een plaats die de Fransen nooit op zouden willen geven. Deze plaats was Verdun.
De Franse aanval zou voorafgegaan worden door een hevig trommelvuur waardoor de Franse troepen eenvoudig de stad zouden kunnen innemen. Het Franse opperbevel bleef lang onwetend over het dreigende gevaar bij Verdun. Emile Driant, een lokale commandant, wees het opperbevel hier vele malen op maar dit had weinig nut. Pas in februari kreeg het opperbevel in de gaten wat voor gruwelijks er dreigde te gebeuren en stuurde versterking. De aanval werd inmiddels uitgesteld vanwege het slechte weer. De Duitsers die inmiddels gealarmeerd waren noemden de aanval ‘action Gericht’ wat in het Duits ‘plaats van terechtstelling’ betekende. De bedoeling was duidelijk: het Franse leger moest hier bezwijken.
Op 21 februari 1916 om kwart over zeven ‘s ochtends werd het trommelvuur geopend. Twee Franse vliegers die boven de loopgraven rond Verdun waren rondgevlogen zeiden dat het wel een industriestad leek, zoveel rook en stank veroorzaakten de kanonnen. Er wordt geschat dat er bijna een miljoen granaten tijdens de slag zijn afgevuurd. Het eerste bombardement duurde zo’n vijf uur. Vervolgens nam men een pauze van tien minuten om eventuele overlevenden uit hun stellingen te lokken waarna het bombardement werd hervat zodat deze overlevenden alsnog zouden sneuvelen. Het bombardement duurde tot half vijf in de middag.
Toen de kanonnen zwegen ging de Franse infanterie in een gesloten formatie tot de aanval over. De eerste vijfhonderd meter gebeurde er niets maar bij de tweede Duitse linie bleken er wel degelijk overlevenden te zijn die zo vol woede waren dat zij tot het uiterste gingen. De Duitsers boden veel meer tegenstand dan was voorzien en maakten ook veel meer slachtoffers dan verwacht. Generaal en opperbevelhebber Joseph J.C. Joffre werd vervangen vanwege het falen van de aanval door generaal Phillip Petain. Hij kreeg de opdracht, die von Falkenhayn had voorzien, om de rechter Maasoever ten koste van alles te verdedigen. Er werd via Bar le Duc enorme hoeveelheden munitie en mankracht dag in dag uit aangevoerd. Een inmiddels door de Duitsers ingezette tegenaanval verliep redelijk en op 25 februari kwamen de troepen aan bij het grootste fort van de verdediging vlakbij Verdun, Fort Douaumont. Omdat het opperbevel dacht dat de forten hun beste tijd hadden gehad, was het fort amper bemand. De Duitsers namen het zonder al te veel tegenstand in. Het heroveren van het fort kostte later in de oorlog duizenden Fransen het leven.
Op de linker Maasoever bleven de Duitsers inmiddels steken door het verbeten verzet van de Fransen. Maar de aanval over de rechter oever verliep beter ten koste van vele levens. Doel van de aanval was het fort Vaux. Door het ontmantelingsbevel had het geen zware kanonnen meer maar was toch zeer belangrijk voor de verdediging van België en Frankrijk. Het was versterkt door loopgraven. De gevechten veroorzaakte veel doden die niet direct konden worden begraven. Dit zorgde voor een ondragelijke stank want pas op zeven juni werd het fort veroverd. De strijd om de forten te veroveren werd met een ongekende hardheid en verbetenheid gevoerd. Met van alles werd gevochten, zelfs de blote vuist. Er zijn zoveel doden in het gebied rond Verdun gevallen dat het gebied de bijnaam ‘rode vierkant’heeft gekregen.
Op 11 juli werd de laatste Duitse aanval ingezet en tegengehouden nadat ze op enkele kilometers Verdun waren genaderd. De aanval op Verdun was mislukt. Vanaf dat moment bleef de strategie van de Duitsers grotendeels beperkt tot verdediging. Op 24 oktober besloten de Fransen de tegenaanval in te zetten om fort Douamont te heroveren. Ze troffen het fort echter leeg en uitgebrand aan. Op 2 november werd fort Vaux heroverd. Op 15 december werd de laatste Franse aanval ingezet richting Louvement-Bezonvaux. Dit was het officiële einde van de Slag om Verdun.
Aan beide zijden vielen meer dan 700.000 doden. Von Falkenhayns cynische ‘leegbloed’ tactiek was geslaagd. Het ongewilde neveneffect was echter, dat ook zijn eigen manschappen afschuwelijke verliezen hadden geleden.
Reactie plaatsen
Reacties